Erfgoed in Fryslân - Gastblog door Frank Belt
“It giet oan.” “Oant moarn.” Tot zover zullen de meeste Nederlanders het Fries nog wel verstaan. Sukerbôle, oranjekoek en de Elfstedentocht zullen velen ook nog wel kennen. Maar zouden ze ook weten dat het Fries de tweede officiële taal is van het Koninkrijk der Nederlanden?
Van elfstedentocht tot verhalen
Dat wat Fryslân eigen is, haar erfgoed, neemt in de provincie zelf een belangrijke plaats in. Allereerst de taal, die in allerlei varianten gesproken wordt, van Stadsfries tot 'geaf Frysk' (het beste Fries naar het schijnt). Maar ook die elf steden, de schaatstocht daarlangs, het kaatsen, skûtsjesilen, het Planetarium van Eise Eisinga, de Waterpoort van Sneek, de Oldehove, de iepenloftspullen in de zomer of de rijke muziekcultuur gaan de Friezen aan het hart. Toen ik zo'n 18 jaar geleden als Hollander in Fryslân kwam wonen was de enorme schat aan volksverhalen echt een ontdekking. Vertellers als Mindert Wynstra en Douwe Kootstra hebben geholpen de oude verhalen door te vertellen. En sinds 2018, het jaar van de Culturele Hoofdstad, vindt jaarlijks in november een Verhalenavond plaats.
Erfgoededucatie
Onderwijs in de Friese taal en cultuur is verplicht voor scholen in Friesland. De laatste jaren wordt hier vanuit de provincie én de onderwijsinspectie steeds meer nadruk op gelegd. Friese musea zijn meegegaan op de golf van 'storytelling' en hebben door de Verhalenavond de verhalen binnen hun collectie opnieuw ontdekt. Zowel op scholen als in musea heb ik de afgelopen jaren mijn steentje aan erfgoededucatie mogen bijdragen.
Meertaligheid
Binnen het onderwijs is dat vooral in het kader van meertaligheid. Het Fries is een levende taal, maar staat ook onder druk. Niet overal is het geven van Friese les even populair. Om de grond rijp te maken voor het Fries, wordt daarom eerst aandacht besteed aan meertaligheid. Aan de ontdekking dat niet iedereen dezelfde thuistaal heeft en dat het ons verrijkt als we die meertaligheid de ruimte geven. Op allerlei manieren heb ik meertaligheid als verteller mogen stimuleren in workshops voor scholen.
Historie van Sneek
Zo stuurde Keunstwurk (provinciale kennis-, advies- en netwerkorganisatie voor cultuureducatie, talentontwikkeling, amateurkunst en beeldende kunst) me met een andere (beeldend) kunstenaar op pad. Mooi voorbeeld was het project op een school in Sneek. De kinderen gingen eerst met een stadsgids langs historische plekken in Sneek en hoorden de verhalen daarachter. Als kunstdocenten richtten wij in de gymzaal een levensgroot spelbord in waarin die verhalen verwerkt zaten. Toen ze aan het eind van het spel het gordijn dat er hing open trokken, sprong de verteller tevoorschijn. Ik maakte daarop met de kinderen hun eigen, nieuwe en meertalige verhaal. Mijn collega hielp ze om van dat verhaal weer een nieuw spel te maken, met regels en al. Spelenderwijs werden zo allerlei vormen van erfgoed gecombineerd.
Verhalen bij het landschap
Erfgoed is ook het landschap waarin je woont, stad of platteland. Heel wat kinderen hebben intussen al hun eigen verhalen gemaakt daarbij. In die workshops meng ik altijd fantasie en werkelijkheid. De kinderen weten hoe het nu is, met de leerkracht zoeken ze vooraf informatie over de plek of gebeurtenis waaromheen we werken en ik mag ze als verhalenverteller meenemen in hun verbeeldingskracht om daar een nieuw, eigen verhaal omheen te maken. Meestal worden die verhalen verteld op school, maar bijvoorbeeld ook wel op Open Monumentendag.
Verhalen in musea
Het woord 'storytelling' heeft ook in musea steeds meer ingang gevonden. Zo heeft het Keatsmuseum in Franeker als leus: “Hjir is it ferhaal, it ferhaal fan it keatsen.” Voor de Museumfederatie Fryslân en voor bijvoorbeeld dat Keatsmuseum heb ik al verschillende keren vrijwilligers getraind in het maken en gebruiken van verhalen. Veel Friese musea drijven op vrijwilligers, mensen met hart voor de zaak. Mensen met een enorme kennis van zaken. De uitdaging voor mij is ze te laten zien dat een verteld verhaal veel beter blijft hangen dan een bak vol informatie. Dat er verschil is tussen uitleg geven en vertellen.
Storytelling voor museumvrijwilligers
Mijn ervaring als medewerker bij het Eisinga Planetarium komt daarbij goed van pas. Mensen accepteren makkelijker wat ik vertel, omdat ze merken dat het gebaseerd is op de praktijk. En ik snap hun kant ook, als oud-museummedewerker. Zo maken we elke keer als ik met museumvrijwilligers werk korte verhalen bij iets in het museum dat ze raakt. Daarnaast kijken we samen wanneer ze wat kiezen, uitleg of een verhaal. En ik zorg natuurlijk dat ze een model mee naar huis nemen waar ze nog veel meer verhalen mee kunnen maken.
Zo helpt het immaterieel erfgoed verhalen vertellen om de Friese erfgoederen tot leven te brengen. Opdat het verteller en luisteraar raakt in het hart.
(En voor wie het nog niet opgevallen is: de provincie heet officieel Fryslân en niet Friesland. Ook dat is erfgoed.)